Northland en het Zuidereiland - Reisverslag uit Melbourne, Australië van Kennethinnz - WaarBenJij.nu Northland en het Zuidereiland - Reisverslag uit Melbourne, Australië van Kennethinnz - WaarBenJij.nu

Northland en het Zuidereiland

Door: Kenneth

Blijf op de hoogte en volg

02 December 2014 | Australië, Melbourne

Ondanks het vele reizen heb ik toch nog wat tijd gevonden om dit verslag te schrijven. Vooral de afgelopen dagen valt er ’s avonds niet veel te beleven en heb ik dus tijd om wat te schrijven. Ik verwacht dat dit de komende tijd niet veel anders zal zijn en hoop dan ook in staat te zijn om ook een verslag over het laatste deel van mijn reis te maken. Omdat het waarschijnlijk een lang verslag zal worden, zal ik er maar meteen mee beginnen.

Bij het posten van mijn vorige verslag zat ik nog middenin mijn tentamens. Terwijl de meesten al aan het ontspannen waren, was ik nog druk bezig met het studeren. De tentamens zelf zijn goed verlopen en ondertussen heb ik ook al gehoord dat ik alle vakken gehaald heb met min of meer de punten die ik wilde halen. Verder moest er het nodige gepland worden en was het natuurlijk vooral een week van afscheid nemen. Langzaam maar zeker begon de eetzaal steeds leger te worden en liep ook mijn block leeg. Op zaterdag was het semester officieel afgelopen en dit was dan ook de dag dat de huur van onze kamers afliepen. Enrique en ik hadden besloten om onze kamers nog één dag extra aan te houden. Dit omdat we pas op zondag de bus naar Auckland zouden nemen. Samen met Gabrielle en Naomi, waarmee we naar de Bay of Islands zouden reizen waren we dus ongeveer de enige die nog op de campus waren. Bernadette, die ook mee zou reizen op het zuidereiland was namelijk al vertrokken. Die dag voelde erg vreemd aan. Aan de ene kant zit je nog in je vertrouwde kamer terwijl het aan de andere kant nogal leeg aanvoelt zonder de anderen.

Zondag zijn we ’s ochtends richting Auckland vertrokken, waar we een huurauto zouden ophalen. Op de een of andere manier duurde dit langer dan verwacht waardoor we halverwege de middag pas konden vertrekken. Het resultaat was dan ook dat we pas tegen de avond in ons hostel in Paihia waren. Het hostel was een van de betere waarin ik heb verbleven en de avond hebben we doorgebracht op de tennisbanen die bij ons hostel hoorden. De volgende dag zijn we richting Cape Reinga vertrokken. Dit is het noordelijkste punt van Nieuw-Zeeland en verder vooral interessant omdat de Stille Oceaan hier botst met de Tasmaanse Zee. Verder is dit volgens de Maori’s de plaats waar de zielen van overledenen de aarde verlaten. Ondanks dat we vrij noordelijk zaten, was het toch nog een flinke rit. Gelukkig was het goed weer en was het met zijn vieren niet al te vervelend. Eenmaal aangekomen hebben we wat rondgelopen en de vuurtoren bekeken. Omdat er verder niet veel te doen was, zijn we na een tijdje weer vertrokken.

Tijdens de terugweg zijn we nog even gestopt in Te Paki. Dit gebied staat bekend om zijn enorme zandduinen waar je met een bodyboard vanaf kunt glijden. De bodyboards kon je huren bij een klein hutje bij de parkeerplaats en verder was het vooral een kwestie van de duinen beklimmen. De eerste keer was nogal wennen en ging daarom niet al te hard. De daaropvolgende keren gingen een stuk sneller en je gleed zelfs op de vlakke grond nog heel wat meters door. Omdat de klim vrij zwaar was en we niet al te veel tijd hadden zijn we niet al te vaak naar beneden gegleden. Bij mijn laatste keer ging het helaas fout. Nadat ik veruit de grootste afstand gegleden had, botste ik met ongeveer 20-30 kilometer per uur op een kleine rots. Het resultaat was een snijwond in mijn hand en schrammen over de hele rechterkant van mijn lichaam. Gelukkig staat het op video en is alles ondertussen (tweeëneenhalve week later) bijna weer genezen. Daarna zijn we weer naar het zuiden gereden. De avond verbleven we in een appartement in Whangarei, die een vriend uit Student Village aan ons beschikbaar had gesteld.

De volgende dag zijn we vanwege het goede weer richting het strand vertrokken. Ondanks de zon was het net niet warm genoeg om echt in de zee te zwemmen. Wel hebben we een prima middag gehad en hebben we nog wat in de omgeving rondgelopen. ’s Avonds kregen we een korte rondleiding door Whangarei en moest er weer ingepakt worden. De volgende dag moesten we onze auto inleveren en zouden we eindelijk richting het zuidereiland vliegen. Dinsdag was dan ook niet heel erg boeiend. Tijdens de vlucht hadden we weer het geluk plaatsen bij de nooduitgang te hebben. Verder was het vooral heel erg koud toen we in Christchurch aankwamen. Ons hostel bleek uiteindelijk vrij slecht te zijn. Het was meer een huis waarin ze wat stapelbedden hadden gezet en verder niet al te veel aan onderhoud deden. Gelukkig was het maar voor één nacht en zouden we de volgende dag Christchurch weer verlaten.

Op woensdag hebben we onze campervans opgehaald en begon de eerste dag van onze 12-daagse road trip. Opnieuw was er wat vertraging bij het ophalen van onze campervans waardoor we later als gehoopt konden vertrekken. Eenmaal op de weg verliep alles vrij vlot en kwamen we al gauw bij Lake Tekapo aan, onze eerste bestemming. Lake Tekapo is een vrij groot meer met op de achtergrond een grote bergketen. Verder wordt het plaatsje gezien als een van de beste plaatsen in Nieuw-Zeeland om sterren te kijken en heeft het een beroemde kerk. Deze kerk is vooral bekend van een foto met een hemel vol met sterren. Sommigen zullen mijn foto van de kerk dan ook min of meer herkennen. Omdat er verder niet al te veel te doen valt en je er niet mag kamperen, zijn we doorgereden naar Mount Cook village, waar we zouden overnachten. Met onze campervans, die geen ingebouwde wc hadden, mag je namelijk alleen op kampeerplaatsen overnachten. Deze kampeerplaatsen worden beheerd door de overheid en zijn dus speciaal gericht op reizigers. Het is dus geen camping zoals je in Nederland of Zuid-Frankrijk ziet. De prijs voor het overnachten varieert met de faciliteiten. Sommige kampeerplaatsen hebben alleen een wc, andere hebben ook (warme) douches, keukens en kraanwater.

Omdat we laat vertrokken waren en de camping moeilijk te vinden was, was het al tegen 10 uur ’s avonds voordat we aankwamen. Het avondeten bestond dan ook maar uit een boterham. Omdat het een heldere nacht was en er geen enkel plaatsje in de buurt was, hebben we voor het slapen nog even naar de duizenden sterren (inclusief vallende sterren) gekeken. ’s Ochtends werden we wakker met een strakblauwe hemel en een mooi uitzicht op de besneeuwde toppen van de bergen die ons aan drie kanten insloten. Na het ontbijt hebben we een wandeling in de omgeving gemaakt. De wandeling liep naar de voet van Mount Cook, de hoogste berg van Nieuw-Zeeland. Na drie uur waren we weer terug op de camping en zijn we vertrokken naar de volgende bestemming: Dunedin. Na een lange rit hebben we in de omgeving van de stad gekampeerd. De avond hebben we nog doorgebracht met een korte wandeling in het bos en de volgende ochtend zouden we weer op tijd vertrekken om de stad te verkennen.

Dunedin is een stad waarin de invloed van Groot-Brittannië duidelijk zichtbaar is. Dit betekent dus dat de gebouwen in tegenstelling tot de rest van Nieuw-Zeeland wel het bekijken waard zijn. Met opnieuw een warm zonnetje hebben we wat gebouwen bekeken om vervolgens weer naar de volgende bestemming te rijden. Voor de avond hadden we besloten in een hostel te overnachten. De reden hiervoor was dat Naomi die nacht haar verjaardag in de stad wilde vieren. Omdat we niet in de buurt konden kamperen was dit de enige oplossing. Verder was het ook mooi een moment om een keer te douchen. Douches, en vooral warme douches zijn namelijk erg zeldzaam op de kampeerplaatsen. ’s Avonds hebben we het nachtleven van Queenstown verkend. Queenstown is ongeveer de enige plaats op het zuidereiland waar je op stap kunt gaan. Dit komt voornamelijk doordat er het hele jaar door veel toeristen zijn. Behalve de mooie omgeving is Queenstown namelijk ook de ‘adventure capital of the world’. Of dit echt zo is weet ik niet, al is er weer meer als genoeg te doen. Zo kan je er skydiven, bungyjumpen, paragliden, skiën, parasailen, mountainbiken, quad rijden zijn er nog enkele wateractiviteiten en ik heb vast nog wat dingen gemist. Verder zijn er ook meer als voldoende minder extreme activiteiten in de omgeving, dus er is meer dan genoeg te doen. Erg veel Nieuw-Zeelanders wonen er trouwens niet in Queenstown. Veruit de meerderheid bestaat uit toeristen of reizigers. De meeste banen worden dan ook ingevuld door reizigers die besluiten enkele maanden in Nieuw-Zeeland te werken om wat bij te verdienen.

Ondanks dat we laat thuis waren, besloot niemand uit te slapen. Bij het vertrek was er wel een vervelende verrassing. De andere campervan, waarmee we toch al problemen hadden, hield er namelijk mee op. Het resultaat was dus dat we nog een nacht in ons hostel moesten blijven, omdat we pas de volgende dag een nieuwe konden krijgen. Eerlijk gezegd geloof ik dat iedereen dit niet al te erg vond. We hebben wel nog goed gebruik gemaakt van onze middag in Queenstown. Iedereen had zijn eigen plannen en we hadden afgesproken elkaar ’s avonds weer in onze kamer te treffen. Ik besloot te gaan wandelen, in de buurt was een wandeling van ongeveer 5 uur die mij aangeraden werd. De wandeling was erg mooi en eindigde boven op een berg waar je een mooi uitzicht over de hele omgeving had. Hoewel het zonnig was, was het niet erg warm boven op de berg. Er stond een sterke wind en er lag nog redelijk wat sneeuw. Uit de wind was het wel een prima plaats voor mijn lunch. Daarna ben ik weer afgedaald en met een korte omweg weer terug naar ons hostel gelopen. ’s Avonds hebben we nog een hamburger gegeten bij Fergburger. Ik kende het tot dan toe niet, maar blijkbaar is het beroemd om zijn goede hamburgers. Dit betekende wel dat je een tijdje moest wachten op je eten, maar dat was het meer dan waard. Behalve dat het erg lekker was, zag de hamburger er ook nog lekker uit. Dit in tegenstelling tot de meeste fastfood hamburgers, waar de foto’s er meestal een stuk beter uit zien dan dat ze er werkelijk uit zien.
De volgende ochtend konden we eindelijk de campervan inruilen.

Vervolgens zijn we meteen vertrokken naar de Fiordlands en Milford Sound. De Fiordlands bestaan uit meerdere fjorden, die in de laatste ijstijd door gletsjers zijn uitgesleten. Verder staat het gebied ook bekend als het gebied waar alle foto’s uit Nieuw-Zeeland vandaan komen. Milford Sound is één van de bekendste fjorden in het gebied. Hier kan je op allerlei manieren de fjord verkennen. Vanwege de grote afstand tussen Milford Sound en de bewoonde wereld hebben we de avond doorgebracht op een camping aan de Milford Road. De weg alleen al is een bezoekje waard. Op verschillende plaatsen zijn uitkijkpunten en andere bezienswaardigheden, terwijl de omgeving zelf ook geweldig is. Helaas was het weer voor het eerst wat minder waardoor we in de regen moesten kamperen. Wel was het een erg gezellige avond. Een paar andere reizigers hadden een kampvuur gemaakt en uiteindelijk hebben we de hele avond met een groep van ongeveer 12 personen rond het kampvuur doorgebracht.

´s Ochtends moesten we er vroeg uit. Bernadette had namelijk een kayak toer geboekt terwijl ik een cruise in Milford Sound zou doen. We arriveerden dan ook al erg vroeg in Milford Sound, wat achteraf goed uitkwam. Het weer was op dat moment namelijk nog vrij goed, waardoor we een mooi zicht op de Sound hadden. Omdat mijn cruise pas rond 1 uur zou vertrekken, besloot ik nog even de omgeving te verkennen. Eerst ben ik naar de Humboldt Falls gereden. Deze waterval is 287 meter hoog en valt met drie treden naar beneden. Verder ben ik nog even gestopt bij een rotsformatie die `The chasm´ genoemd wordt. Deze formatie is uitgesleten door de rivier die in de richting van de zee loopt. Hier zag ik ook voor het eerst een Kea. Dit is een papegaai die voornamelijk in bergachtig landschappen leeft en zover ik weet alleen in Nieuw-Zeeland voorkomt. Verder staan ze vooral bekend om hun brutaliteit. Ze weten precies waar het eten van de toeristen te vinden is en ze schijnen ook regelmatig ruitenwissers en andere onderdelen van auto’s kapot te maken.

Tegen de tijd dat ik terug was, kon ik meteen inchecken voor mijn cruise. Eenmaal aan boord bleek dat ik geluk had: ik was namelijk de enige passagier. Desondanks deed het personeel er alles aan om het mij naar mijn zin te maken en was het een heel leuke boottocht. Helaas regende het behoorlijk hard, wat toch wat minder was. Erg vreemd was het niet, aangezien er jaarlijks zo’n 8000 millimeter regen valt. Ik dacht er anders over, maar volgens het personeel viel het die dag wel mee. Tijdens de cruise kreeg ik allerlei informatie over de omgeving, wat erg interessant was. Verder was er natuurlijk nog de omgeving zelf. Door de grote hoeveelheid regen waren er duizenden kleine watervallen die van de bergen naar beneden liepen en waren er kliffen van bijna 700 meter hoog. Ook zitten er verschillende dieren in de omgeving. Zo heb ik enkele pinguïns gezien, die langs de boot even aan de oppervlakte kwamen. Verder waren er nog zeehonden en dolfijnen, hoewel ik de dolfijnen niet gezien heb. Op de terugweg kreeg ik helaas een vervelend nieuwtje: vanwege het slechte weer was besloten de weg terug naar de bewoonde wereld om 5 uur af te sluiten. Dit leidde tot lichte paniek bij ons, omdat we graag weer door wilden. Als de weg eenmaal is afgesloten zit je dus vast in Milford Sound en heb je geen enkele mogelijkheid om aan de andere kant te komen totdat de weg weer open gaat. Gelukkig was iedereen op tijd weer terug op de parkeerplaats en konden we op tijd vertrekken.

De plannen voor de daaropvolgende dagen was om via de westkust richting Abel Tasman National Park te rijden. Abel Tasman ligt echter helemaal in het noorden, terwijl wij dus helemaal in het zuiden zat. De komende dagen hebben we dan voornamelijk in de auto doorgebracht.
Onderweg hebben we natuurlijk wel wat stops gemaakt bij interessante plaatsen, zoals Lake Wanaka, de gletsjers en de Pancake Rocks. De gletsjers vond ik overigens niet zo interessant, al komt dat waarschijnlijk doordat je ze zonder toer alleen van een afstand kan zien. Helaas konden we een wandeling niet inplannen, waardoor het dus een korte stop bij de gletsjers was. De Pancake Rocks waren ook niet al te interessant. Op een (onverklaarbare) manier zien de rotsen eruit als opgestapelde pannenkoeken. Het was wel leuk om te zien, maar meer als een halfuur kon je er ook niet naar kijken. De westkust was voornamelijk erg ruig, met veel rotsen en hoge golven. Het was weer wat anders dan wat we tot dan toe gezien hadden, dus het had ook wel wat.

Tijdens de reis naar het noorden zijn we verder nog even gestopt in Greymouth. Erg veel is hier niet te beleven, maar iedereen wilde graag zijn elektronische apparaten opladen. Omdat er zowel op de kampeerplaatsen als in onze auto’s geen stopcontacten aanwezig zijn, was het erg moeilijk om aan elektriciteit te komen. In Greymouth zijn we dan ook naar een openbare bibliotheek gegaan om daar al onze spullen op te laden voordat we weer verder zijn gereden.

Uiteindelijk hadden we bijna twee volle dagen nodig om in het noorden aan te komen. Abel Tasman National Park is een van de bestemmingen waar ik graag heen wilde. Het is een groot gebied dat voornamelijk bestaat uit stranden en bossen waar van alles te doen is. Verder is het er een stuk warmer dan in het zuiden, wat ook wel goed uitkwam. Uiteindelijk zijn we er twee nachten gebleven en hadden we er dus een volle dag om te doen wat we wilden. Net als in Queenstown besloot ik opnieuw te gaan wandelen. Ondanks niet al te best weer ben ik in totaal bijna 7,5 uur onderweg geweest. De omgeving was erg mooi en verder ben ik nog enkele zeehonden tegengekomen. In tegenstelling tot de zeehonden in Milford Sound, sliepen deze niet, wat toch wel een stuk leuker was.

Na Abel Tasman zijn we via Nelson, Picton en Kaikoura terug naar Christchurch gereden. Hier hebben we ook nog eens twee dagen over gedaan. De eerste dag zijn we gestopt in de Marlborough Sounds. Deze zijn niet hetzelfde als Milford Sound en de andere in de Fiordlands. Zo zijn ze niet zo hoog en een stuk tropischer. Bij onze kampeerplaats voor die nacht heb ik nog een korte wandeling gemaakt en zijn we ’s avonds naar de glowworms gaan kijken die op slechts 50 meter van het kampeerterrein te vinden waren. De tweede dag zijn we via Picton en Kaikoura naar een kampeerplaats in de omgeving van Christchurch gereden. Behalve een stop in Kaikoura hebben we die dag niets bekeken.

De volgende dag was het alweer tijd onze campervans terug te brengen en zouden Enrique en Gabrielle terug naar het Noorder eiland vliegen. De een zou vervolgens naar huis vliegen, terwijl de ander nog een week op een boerderij zou werken. Na een korte stop op het vliegveld hebben wij de campervans ingeleverd. Dit was nog een hele klus, aangezien Christchurch een doolhof is. Uiteindelijk is alles zonder problemen verlopen, behalve dat de anderen waren vergeten de autosleutel in te leveren. Hier kwamen we pas achter nadat we terug naar het centrum waren gelopen en in ons hostel ingecheckt hadden. De rest van de dag heb ik doorgebracht in de botanische tuinen van Christchurch. Dit is zo ongeveer het enige interessante wat er in de stad te beleven valt. Gelukkig was het prachtig weer en heb ik de hele middag door de tuinen gewandeld en wat liggen lezen.

De volgende dag zouden we ons tijdelijk opsplitsen. Ik had namelijk nog een campervan geboekt, maar helaas had deze slechts plaats voor twee. Omdat we met zijn drieën waren schoot dat natuurlijk niet op en dus besloten de andere twee liftend naar Queenstown te gaan. Liften is vrij veilig in Nieuw-Zeeland en uiteindelijk hebben ze er minder lang over gedaan als ik. Ik ben met de auto via Arthur’s Pass National Park en de westkust naar Queenstown gereden. Ik had drie dagen om de auto van Christchurch naar Queenstown te brengen en heb dus rustig aan gedaan. De eerste dag had ik wel min of meer voor mijzelf verpest, doordat ik mijn camera bij het verhuurbedrijf had laten liggen. Hier kwam ik pas na twee uur achter, waardoor ik dus eerst twee uur terug kon rijden, om vervolgens weer twee uur in de richting van Arthur’s Pass te rijden. Behalve een korte stop bij Castle Hill heb ik die dag dan ook niet veel kunnen doen. Koken lukte die avond ook niet, het stormde die avond nogal waardoor ik niet eens mijn gaskoker kon gebruiken.

De volgende ochtend ben ik vroeg vertrokken en was ik al gauw halverwege de pas. Hier heb ik ongeveer anderhalf uur gewandeld voordat ik weer verder ben gereden. Omdat ik de westkust al had gezien, besloot ik in een keer door te rijden naar Glenorchy. Dit is een klein plaatsje in de buurt van Queenstown met een erg mooie omgeving. Onderweg ben ik nog gestopt bij de Blue Pools in Haast. Dit was nogal een teleurstelling, aangezien ze noch blauw, noch pools waren. Uiteindelijk was ik tegen de avond in Glenorchy, waar ik zou overnachten. De volgende dag heb ik nog een wandeling van ongeveer twee uur gemaakt voordat ik terug naar Queenstown ben gereden. Hier heb ik mijn spullen in mijn hostel afgegooid en heb ik de auto op het vliegveld afgeleverd. Vervolgens heb ik de anderen weer ontmoet, we hadden namelijk afgesproken in hetzelfde hostel te blijven.

Ondertussen waren mijn laatste dagen in Nieuw-Zeeland al aangebroken. Op 1 december zou ik namelijk naar Melbourne vliegen. De afgelopen dagen ben ik dus vooral druk bezig geweest met het plannen van mijn reis naar Australië. Verder heb ik nog enkele wandelingen gemaakt. Ook wilde ik nog gaan paragliden, maar helaas waaide het te hard waardoor ze die dagen niet vlogen.

Op zondag ben ik met de bus weer van Queenstown naar Christchurch vertrokken, omdat ik namelijk vanuit Christchurch vertrek. De busreis was nog een heel avontuur, aangezien de ruit van de bus kapot was gegaan. Deze was in eerste instantie provisorisch gerepareerd met tape. Na een tijdje bleek dat dit toch niet goed genoeg gedaan was. Samen met twee andere jongens die ook bij het raam zaten hebben we voor een gedeelte van de reis de tape vastgehouden om zo er voor te zorgen dat het raam er niet uit viel. Uiteindelijk bleek dat dit ook weinig succes had en hebben we het hele raam er maar uitgehaald. Het laatste half uur had iedereen het dus erg koud, ondanks dat de verwarming aanstond. Uiteindelijk kwam ik na een busreis van bijna 9 uur aan in Christchurch. Maandag (1 december) was erg saai. Tussen het uitchecken van mijn hostel en het inchecken van mijn vlucht zat namelijk ruim 8 uur. Deze heb ik voornamelijk doorgebracht op mijn laptop, bijvoorbeeld met het schrijven van dit verslag.

’s Avonds was het helaas toch echt tijd om Nieuw-Zeeland te verlaten. Ik heb het er enorm naar mijn zin gehad en ben zeker van plan nog een keer terug te komen. Aan de andere kant was het ook weer fijn om eindelijk de (echte) zomer in te gaan. Na een vlucht van ongeveer 3,5 uur landde ik veilig in Melbourne, waar het ondertussen bijna middernacht was. Desondanks was het nog steeds warmer dan de maximum temperatuur van de afgelopen 7 dagen in Nieuw-Zeeland. Nu is het hier 10 uur ’s ochtends en over een uur zal ik de stad gaan verkennen. Het weer is in ieder geval goed, dus ik ben benieuwd!

Tot zover dit verslag van mijn laatste weken in Nieuw-Zeeland. Met een beetje geluk kan ik ook nog een verslag schrijven over mijn tijd in Australië en Dubai. Mocht dit niet lukken, dan schrijf ik wel een kort stukje zodra ik weer terug in Nederland ben.

P.S. Het kan zijn dat er nog geen foto’s bij het verslag staan als je dit leest. Ik hoop dat ik die ergens later vandaag nog kan uploaden, hoewel het mogelijk is dat de WiFi het hier niet aan kan. Mocht er over twee dagen nog geen foto’s bij staan, dan komen deze pas zodra ik weer in Nederland ben.

  • 02 December 2014 - 11:44

    Opa En Oma:

    Hoi Kenneth.

    Opa en Ik hebben van jou blog genoten.
    Wij hopen dat je in Australië net zo veel ziet en er ook van geniet.
    Het is hier slecht weer, dus Opa kon het ook meteen lezen.

    Liefs Opa en Oma.

  • 02 December 2014 - 18:06

    Annie:

    Dag Kenneth, wat heb je toch een prachtig reisverslag gestuurd. Ik heb er echt van zitten genieten en wat beleef en zie je toch veel. Je foto's zijn heel mooi. Zul jij wel een beetje voorzichtig zijn dat wij met Kerst een hele Kenneth terug zien? Geniet er maar van man nu het nog kan als je staks terug bent in dit kikkerlandje hoop ik nog veel verhalen van je te horen. Wat ben je toch een avonturier door er alleen op uit te trekken en al dat moois te willen beleven en zien, dat nemen ze jou nooit meer af hoor. Fijn dat je het studiegedeelte goed hebt afgesloten maar zo,n reis maken is natuurlijk ook heel vormend en daar leer je misschien nog wel meer van. Dag hoor tot het volgende verslag of tot ziens bij opa en oma, veel groetjes, doei

  • 02 December 2014 - 22:05

    Tanja Looijmans:

    Hey Kenneth,
    Mooi verslag weer. Ik denk dat je een mooi beeld van Nieuw Zeeland hebt gekregen.
    Ik hoorde van jullie mam dat je ook de zeldzame geeloogpinguin hebt gezien.
    En de Kea, grappig beestje is dat he!
    Ik hoop dat je in Australie net zo veel zult beleven.
    Als je in de buurt van Sidney bent ga dan een bezoekje brengen aan de Blue Mountains. Hier kun je je hart ophalen met wandelen en snuif vooral de heerlijke geuren op.
    Heel veel plezier nog geniet ervan want deze weken vliegen voorbij.
    Ben heel benieuwd naar alle verhalen en foto's als je weer terug bent.
    Groetjes, tante Tanja

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Australië, Melbourne

Actief sinds 06 Juli 2014
Verslag gelezen: 243
Totaal aantal bezoekers 10553

Voorgaande reizen:

02 Juli 2014 - 18 December 2014

Uitwisseling NZ

Landen bezocht: