Auckland en de Cook Eilanden - Reisverslag uit Rarotonga, Cook Eilanden van Kennethinnz - WaarBenJij.nu Auckland en de Cook Eilanden - Reisverslag uit Rarotonga, Cook Eilanden van Kennethinnz - WaarBenJij.nu

Auckland en de Cook Eilanden

Door: Kenneth

Blijf op de hoogte en volg

07 September 2014 | Cook Eilanden, Rarotonga

Kia Orana! Met dit verslag ben ik inmiddels al twee maanden in Nieuw-Zeeland en zit de helft van mijn semester er al weer op. Op dit moment zit ik weer op mijn kamertje in het iets minder tropische Hamilton en is mijn vakantie bijna voorbij. Omdat het verslag toch al lang genoeg zal worden zal ik maar meteen beginnen met mijn belevenissen van de afgelopen drie weken.

De eerste week had ik nog gewoon les en moest ik nog een test maken en een opdracht inleveren. Dit betekende dus dat ik niet al te veel vrije tijd had en er tot en met vrijdagochtend niets boeiends gebeurt is. Vrijdag was niet veel interessanter, behalve dat ik eindelijk kon beginnen met het inpakken van mijn koffer. ’s Avonds werden de laatste dingen besproken, de bus richting Auckland zou namelijk de volgende ochtend rond 10 uur vertrekken. Behalve dat Enrique zijn paspoort vergat en dit nog geen minuut voor vertrek pas ontdekte, verliep de busreis vrij soepel. Na tweeëneenhalf uur stonden we met onze koffers in de haven van Auckland. De eerste gedachte die in mij opkwam toen we uitstapten was dat Auckland een stuk levendiger was als de rest van Nieuw-Zeeland. Erg verrassend was dit niet, aangezien één kwart van de bevolking in Nieuw-Zeeland in Auckland woont, maar toch was het een prettige afwisseling van de stille steden en dorpen die we tot dan toe hadden gezien. Helaas lag ons hostel een half uur van de bushalte af, waardoor we eerst nog een flink stuk moesten lopen voordat we Auckland konden verkennen. Het hostel waar we de komende twee dagen zouden verblijven was verder lang niet zo mooi als die in Coromandel. Het was een stuk groter en de woonkamer was lang niet zo gezellig. Erg veel contact met de andere gasten hadden we dan ook niet, behalve met onze kamergenoot.

Na onze koffers in de kamer gezet te hebben besloten we terug te lopen naar de haven. Het plan was om hier gewoon even rond te lopen en op de terugweg wat boodschappen doen voor de komende dagen. Onderweg werd er nog een tussenstop gemaakt voor de lunch en hebben we een tijdje rondgelopen op een expositie over de Islam. Dit was niet echt mijn ding, maar toch was het wel interessant. Verder hadden we toch niet al te veel plannen, dus was het beter dan niets doen. In de haven was op dat moment een klein evenement waar de tien beste koks uit Nieuw-Zeeland allerlei verschillende hapjes kookten. Wij hebben er zelf maar niets gegeten, omdat er overal lange rijen stonden en de prijzen vrij hoog waren. Uiteindelijk hebben we het grootste deel van de middag doorgebracht op een bankje in de zon met uitzicht op het water en het schiereiland dat tegenover de haven ligt.

’s Avonds speelden de All Blacks (het nationale rugby team van Nieuw-Zeeland) tegen Australië. De wedstrijd was natuurlijk extra belangrijk omdat Nieuw-Zeeland tegen Australië ongeveer hetzelfde is als Nederland tegen Duitsland. Oorspronkelijk was het idee om de wedstrijd in het stadion te bekijken. Helaas waren we te laat met boeken en waren alle goedkope tickets al uitverkocht. In plaats daarvan hebben we de wedstrijd dan ook maar bekeken in het café langs onze hostel. Hoewel we nog steeds niet veel van rugby snappen was het toch een hele leuke wedstrijd om te zien. Verder won Nieuw-Zeeland met ruim 30 punten verschil, wat natuurlijk ook mee hielp.

De tweede dag wilden we op aanraden van anderen de veerboot richting Devonport nemen. Devonport is het schiereiland tegenover de haven van Auckland. Hier is een slapende vulkaan (een van de vele in de omgeving) te vinden. Verder kon je er een beetje rondwandelen en waren er een paar kleine strandjes. Voordat we de veerboot namen hebben we eerst een kijkje genomen in de jachthaven van Auckland. Met een beetje rondwandelen en het kijken naar de vele jachten waren we toch al weer een paar uur zoet. Verder was het opnieuw weer stralend weer, wat het er allemaal iets beter op maakte. ’s Middags hebben we de oversteek gemaakt en zijn we begonnen aan de korte klim van Mt. Victoria. Erg lang duurde het niet, aangezien de berg niet heel erg hoog is. Wel had je vanaf de top een mooi uitzicht op de haven en Auckland aan de ene kant en de zee met een vulkanisch eiland aan de andere kant. Verder hebben we nog wat rondgewandeld voordat we tegen het einde van de middag weer terug voeren naar het centrum. Hier hebben we nog wat gegeten voordat we weer terug naar onze hostel gingen. De avond hebben we verder doorgebracht met een paar kaartspelletjes.

Maandag stond dus om 7 uur ’s avonds onze vlucht naar Rarotonga gepland. Omdat we toch nog een beetje gebruik wilde maken van onze tijd in Auckland zijn we nog richting Mt. Eden gewandeld. Net als Mt. Victoria is dit ook een slapende vulkaan. Zodra je op de top staat is dit ook meteen duidelijk te zien, aangezien er in het midden een enorme krater zit. Verder kon je vanaf de top een groot deel van Auckland zien. Verder was er een kaart die de afstanden tot verschillende wereldsteden aangaf. Hierop viel te zien dat ik op dat moment ruim 16.000 kilometer van Berlijn stond. Geldrop zal dus nog iets verder geweest zijn. Hoewel ik zelf anders verwachtte, bleek Auckland verder van huis te zijn dan de Cook Eilanden.

Na de wandeling was het vooral wachten totdat we richting het vliegveld vertrokken. Uiteindelijk waren we ruim op tijd op het vliegveld en was er nog een aangename verrassing bij het inchecken. De stoelen bij de nooduitgang waren namelijk nog vrij en deze werden ons aangeboden. Verder bleek het vliegtuig niet eens vol te zitten, waardoor ik ook nog een stoel vrij had naast mij, ideaal dus. De vlucht zelf verliep ook prima en uiteindelijk stonden we om half één ’s nachts op Rarotonga. Omdat de Cook Eilanden 22 uur achterlopen op Nieuw-Zeeland, stonden we dus 18,5 uur eerder op Rarotonga dan onze vertrektijd. Vooral in de eerste dagen was dit erg verwarrend, aangezien je constant het gevoel had dat het een dag later was. Op het vliegveld werden we opgewacht door Henry, de eigenaar van het huis dat we op Rarotonga gehuurd hadden. Hij bracht ons naar het verblijf, waar hij en zijn vrouw direct naast wonen. Omdat het donker was, was er niet veel te zien. De eerste indrukken moesten dus maar tot de volgende ochtend wachten. Voordat we gingen slapen zijn we eerst nog even naar het strand gelopen. Hier konden we de talloze sterren zien en het geruis van de zee horen. Omdat Rarotonga (evenals de overige eilanden) omgeven is door een rif, zijn er nauwelijks golven op het strand. Ongeveer 100 meter verderop kun je echter de golven tot een meter of 3 zien stukslaan op de rotsen.

De volgende ochtend zou Henry nog langs komen om wat uitleg te geven over het huis en het eiland. Verder bood hij aan ons mee te nemen naar Averua, het grootste dorp van Rarotonga. Hier konden we wat boodschappen doen en even rondkijken. Vlees en zuivel producten zijn op de Cook Eilanden nog duurder dan in Nieuw-Zeeland. Een liter yoghurt werd bijvoorbeeld geadverteerd voor slechts 12 dollar. Erg verrassend zijn de prijzen overigens niet, aangezien ze alles per boot of vliegtuig moeten importeren. Vroeger kregen ze eenmaal per maand een nieuwe lading voedsel aangevoerd, tegenwoordig iets vaker.

Na een lunch en wat boodschappen waren we terug in ons huis. Vanwege het stralende weer en een temperatuur van ongeveer 27 ºC was het plan om ’s middags te gaan snorkelen. Vanwege het rif om het eiland zijn er geen haaien of andere gevaarlijke vissen in de lagune. Wel zijn er tientallen verschillende soorten vis te vinden van allerlei soorten, maten en kleuren. Verder is het water erg helder en is er natuurlijk ook meer dan genoeg koraal te vinden. Ons vervoersmiddel op Rarotonga was de fiets. Omdat het eiland vlak en niet al te groot is, was dit prima te doen. We zijn dan ook meteen op de fiets gesprongen om naar het strand te rijden. Het strand tegenover ons huis was wel mooi, maar qua snorkelen was het niet er interessant. Uiteraard wist Henry ons wel te vertellen waar we moesten zijn. Eenmaal aangekomen zijn we meteen met zijn drieën in het water gesprongen. Vissen zijn overal te vinden, hoewel de meesten rond het koraal te vinden zijn. Zoals gezegd waren er vele vissen en was het geweldig om te zien. Wel moest je oppassen dat je het koraal niet raakte. Het water in de lagune is namelijk erg ondiep en het koraal bevindt zich over het algemeen nog geen halve meter onder het water. Behalve dat het raken van het koraal niet goed voor het koraal is, is het ook niet erg goed voor jezelf. Het koraal is namelijk behoorlijk scherp en we hadden geen van allen waterschoenen. Verder kan een wond veroorzaakt door levend koraal ook nog een vervelende infectie opleveren. Uiteindelijk hadden zowel Enrique als Bernadette flinke sneeën in hun voeten, ik was de enige die ongeschonden uit het water kwam. Gelukkig heeft niemand er iets ernstigs aan over gehouden.

Helaas heb ik geen foto’s van het koraal. Mijn camera kan namelijk niet tegen water en deze had ik dan ook nooit bij zodra we gingen snorkelen. Wel hadden we een GoPro met waterdichte behuizing. Helaas snapte ik niet goed hoe deze werkte, waardoor we uiteindelijk alleen filmpjes hadden als ik boven water kwam. We hebben het op andere dagen nog wel opnieuw geprobeerd, maar zowel het weer als het water was lang niet zo goed als de eerste dag.

’s Avonds hebben we eerst de zonsondergang bekeken op het strand voor ons huis. Hoewel we dit meerdere keren in de week gedaan hebben, was maandag de enige dag waarop het onbewolkt was. Verder werd er nog wat gekaart en gedronken. Over het algemeen waren onze avonden niet erg boeiend. Eén van de twee minpunten aan de Cook Eilanden was namelijk dat er niet al te veel te doen was. Er waren wel wat uitgaansgelegenheden, maar we hadden geen lichten op onze fietsen waardoor we het niet aandurfden richting Averua te fietsen.

Dinsdag wilden we de populairste wandeling van het eiland doen. Deze loopt van het noorden naar het zuiden en duurt ongeveer 3,5 uur. Henry zou ons naar het begin van de wandeling brengen en onze fietsen naar het einde, zodat we zelf weer terug konden fietsen. Helaas hadden we ’s ochtends nogal wat moeite met opstaan, waardoor we net iets te laat waren. Henry moest zelf natuurlijk ook gewoon werken, waardoor hij niet de hele dag op ons kon wachten. Op dat moment moesten we dus iets anders bedenken voor de dag. Uiteindelijk zijn we naar Muri Beach gefietst, het enige strand op Rarotonga met een eigen naam. Hier zou je ook kunnen snorkelen en waren er enkele eilanden op een kleine afstand waar je naar toe kon. Het snorkelen viel behoorlijk tegen. Er was nauwelijks koraal en vissen waren er ook niet veel. De eilanden waren wel interessant, hoewel ze niet erg eenvoudig te bereiken waren. Uiteindelijk was ik de enige die het lukte naar de overkant te zwemmen. Ondanks dat het een afstand van ongeveer 50 meter was, was het verre van eenvoudig. De wind maakte het er namelijk een stuk moeilijker op.
Eenmaal aangekomen op het eiland heb ik eerst even wat rondgewandeld. Al gauw kwam ik er achter dat het eiland gebruikt werd voor tours voor toeristen. Uiteindelijk heb ik dan ook maar gedaan alsof ik bij de groep hoorde en kreeg ik een uitgebreide uitleg over de verschillende kokosnoten en hoe je ze moet openen. Verder mocht je ook wat melk en kokos proeven en werden er nog wat andere dingen georganiseerd. De terugweg heb ik dan ook maar per boot afgelegd, wat erg goed uitkwam. Het tellen van de mensen maakte het wel even spannend, maar gelukkig hebben ze niets gemerkt. Uiteindelijk heb ik dan ook een mooie gratis tour gehad, hoewel ik helaas wel te laat voor de bijbehorende lunch was. Na enkele uren hadden we het allemaal weer gezien op het strand. Omdat we wel nog wat tijd hadden, besloten we het hele rondje van het eiland te fietsen. Eén rondje om het eiland is ongeveer 32 kilometer, dus dit was nog een hele rit in de hitte. De andere kant van het eiland (ons huis was aan de westkust) was echter lang niet zo interessant. De westkust was een stuk mooier en ook de omgeving was naar mijn mening mooier om te zien. De avond was min of meer hetzelfde als de vorige avond. Over het algemeen waren we pas tegen 10 uur klaar met eten en afwassen, waardoor we het ’s avonds vooral rustig aan hebben gedaan.

Woensdag hebben we opnieuw een poging gedaan de wandeling te maken. Ditmaal waren we gelukkig wel op tijd uit bed. Voordat we vertrokken liet Henry nog zien hoe we kokosnoten moesten openen. Dit was dus hetzelfde als dat ik de dag er voor had gezien, maar nu mochten we het ook zelf proberen. In het begin was het lastig om te zien wat je precies moest doen, maar uiteindelijk bleek het vrij eenvoudig. Al gauw stonden we dan ook te drinken en eten van de kokosnoten die we zelf geopend hadden. Op de heenweg kregen we verder nog enkele verhalen te horen over het eiland en de geschiedenis van Rarotonga. Uiteindelijk werden we rond een uur of 11 bij het begin van de wandeling afgezet. Omdat het binnenland van het eiland zich kenmerkt met veel bossen en dus veel insecten was het eerst nodig om wat insect werende crème op te smeren voordat we begonnen. Over het algemeen had je aan het strand geen last van muggen of andere insecten, hier word eenmaal in een bepaalde tijd gespoten om de insecten weg te houden. In de bossen gebeurt dit natuurlijk niet en dus werd je vooral aangeraden wat te smeren.

De wandeling begon met een klim naar The Needle. Deze berg ziet er daadwerkelijk uit als een naald. De top is dan ook niet te bereiken, aangezien de laatste 50 meter loodrecht omhoog lopen. Desondanks had je toch een prima uitzicht op zowel de noord als zuidkust van het eiland. Vervolgens daalde het pad weer totdat het bij een stroom uitkwam. Het laatste deel van het pad liep dan ook langs en door het stromende water om vervolgens te eindigen bij een waterval van ongeveer vijf meter. Vanwege de warmte was het toch nog een hele tocht en uiteindelijk zijn we dan ook bijna vier uur onderweg geweest. Aan het einde van het pad vonden we onze fietsen tegen een boom op de rand van de zee. Hier hebben we dan ook nog even rondgekeken voordat we weer richting ons huisje fietste. ’s Avonds hebben we nog even genoten van de zonsondergang, hoewel er ditmaal wat meer bewolking was.

Donderdagochtend wilden Enrique en Bernadette eerst wat boodschappen doen in Averua. Ik besloot uiteindelijk ook maar mee te gaan, omdat we tussendoor nog een stop wilden maken bij Black Rock. Volgens de verhalen is de rots door demonen van Aitutaki (een ander eiland binnen de Cook Eilanden) naar Rarotonga gebracht met als doel deze boven op een berg te plaatsen. Ik ben helaas vergeten waarom het niet gelukt is, maar het resultaat is dus dat er een zwarte rots in de zee ligt en even verderop een berg met een vlakke top te zien is. Op het moment dat we weer op onze fietsen wilden stappen werden we er door andere toeristen op gewezen dat er walvissen net buiten het rif te zien waren. Erg ongebruikelijk is dit niet. In de maanden juli tot en met oktober gaan de walvissen namelijk op zoek naar warmer zeewater en komen ze langs de Cook Eilanden. Erg goed waren ze echter niet te zien, omdat de walvissen op ongeveer 100 meter afstand van de kust waren. Verder kwam alleen de bovenkant af en toe bovenwater, maar toch konden we zeggen dat we een walvis gezien hadden.

‘s Middags zijn we weer teruggegaan naar Muri Beach. In plaats van te zwemmen en snorkelen hadden we ditmaal wat kajaks gehuurd. Deze hebben we gebruikt om de kleine eilanden te bezoeken waar we op dinsdag dus niet in geslaagd waren. Zelf heb ik pas één keer eerder in een kajak gezeten, dus dit was weer eens iets nieuws voor mij. Hoewel het niet al te moeilijk was, zal het toch nooit mijn favoriete bezigheid worden. Erg comfortabel is een kajak namelijk niet, zeker als je het wat langer doet. Hoewel we ze eigenlijk maar voor één uur gehuurd hadden, vonden ze het uiteindelijk geen probleem toen we pas twee uur later weer bij het verhuurbedrijf waren. We hadden namelijk geen van allen een klok bij en dus ook geen flauw idee hoe lang we nog hadden. De avond was weer min of meer hetzelfde als de voorgaande dagen en daarom niet echt het vermelden waard.

Vrijdag werden we vroeger als dat we gehoopt hadden alweer gewekt door Henry. Zijn buurman was namelijk van plan deze dag te gaan vissen en zowel Enrique als Bernadette hadden al eerder aangegeven een keer mee te willen. Ik was hier iets minder geïnteresseerd in, aangezien ik geen zin had in bloederige toestanden en het doden van vissen. Uiteindelijk besloten we ons dan ook maar op te splitsen: ik zou in mijn eentje een wandeling maken die ik graag wilde doen terwijl de anderen het avondeten gingen vangen. Mijn wandeling bestond uit een beklimming van een berg van ongeveer 300 meter die in de buurt van ons huisje ligt. Dat dit pad wat minder populair was als de vorige was duidelijk te merken. Het pad was op geen enkele plaats breed genoeg voor twee personen. Verder groeide verschillende planten met doorns in de richting van het pad. Omdat ik in mijn korte broek liep zaten mijn benen dan ook al gauw onder de schrammen en sneeën. Vlak voor het einde van de wandeling wachtte het volgende grote obstakel. Op dat moment stond ik namelijk onderaan een klif van ongeveer 20 meter hoog. De enige manier om de top te bereiken was door middel van wat touwen en metalen pinnen die aan de wand bevestigd waren. In tegenstelling tot de wandeling in Pirongia ging deze klim recht omhoog. Na even uitgerust te hebben besloot ik toch maar een poging te wagen. Uiteindelijk viel het mede doordat ik geen last had van de wind wel mee, hoewel het toch redelijk spannend was. Eenmaal boven stond ik ook meteen op de top van de berg. Hier had je een mooi uitzicht op de westkant van het eiland en waren zowel de lagune als het rif prima te zien. Na een tijdje uitgerust te hebben was het weer tijd om naar beneden te klimmen. Dit was iets lastiger dan de heenweg, omdat je nu niet altijd een goed zicht had.

Vervolgens was ik binnen een korte tijd weer thuis, waar Enrique en Bernadette mij met de vangst voor het avondmaal stonden op te wachten. Omdat ze geen vis gezien hadden besloten ze op aanraden van de visser maar wat schaaldieren mee te nemen. Ik ben toch al geen visliefhebber, maar van schaaldieren houd ik al helemaal niet. Na ruim een uur hard werken en een stinkende keuken voor een minimale hoeveelheid eten was het toch uiteindelijk gelukt om ze op tafel te krijgen. Een kleine portie was al meer dan voldoende om mijn mening te bevestigen: vooral geen schaaldieren eten.

Op zaterdagochtend wordt de wekelijkse markt in Averua gehouden. Hier kan je allerlei lokale producten kopen voor een redelijke prijs. Omdat iedereen wat eten en souvenirs wilde kopen hebben we hier dan ook ’s ochtends een kijkje genomen. Behalve het heerlijke eten heeft iedereen ook wat souvenirs gekocht. De zwarte parels, het exportproduct van de Cook Eilanden, hebben we wel maar links laten liggen. Een parel met een doorsnee van 1 centimeter kost namelijk al gauw 1000 dollar. Verder werd ons ook gevraagd wat eten voor de avond mee te brengen. Henry en zijn vrouw hadden ons namelijk uitgenodigd om ’s avonds bij hun te komen eten. De enige voorwaarde was dat wij meehielpen in de voorbereiding van het eten.

’s Middags hebben we nog even gesnorkeld. Helaas was het weer niet al te best, waardoor het niet fijn zwemmen was. De sterke wind zorgde namelijk voor een lichte stroming. Omdat we geen zin hadden met schrammen thuis te komen hebben besloten we al gauw weer terug te keren. Ondertussen slaagde de visser er samen met Bernadette ditmaal wel in wat vissen te vangen. Hoewel ik wat minder problemen met vis heb, had ik toch wel mijn bedenkingen toen deze ook op het menu kwamen te staan. De rest van de middag hebben we doorgebracht met het voorbereiden van het eten. Onze taak was het roken van de vis en het bereiden van de kokosnootcrème voor de verschillende gerechten. Gelukkig ging dit zonder problemen en stond er na een tijdje een waar feestmaal van lokale gerechten op tafel. Zelfs de vis smaakte prima, en uiteindelijk hebben we een heel gezellige avond gehad.

Zondag was de laatste dag voor Enrique, die ’s avonds weer richting Nieuw-Zeeland zou vertrekken. Erg veel hebben we die dag dan ook niet gedaan, behalve dat we de middag op het strand hebben doorgebracht. ’s Avonds zijn we ter afsluiting van de vakantie nog uiteten geweest. Rond een uur of twaalf bracht Henry Enrique naar het vliegveld en konden ook wij ons gaan opmaken voor de laatste dag op Rarotonga. Maandag zouden wij namelijk naar Aitutaki vliegen, het op Rarotonga na populairste eiland van de Cook Eilanden. Hier zouden we de laatste drie dagen van onze vakantie doorbrengen voordat ook wij weer richting Hamilton vertrokken.

Maandag bestond dan voornamelijk uit het inpakken van onze koffers en het schoonmaken van ons huisje. ’s Ochtends zijn we nog even naar Black Rock gefietst om hier even rond te kijken. Nog voordat we onze fietsen weg hadden gezet zagen we een walvis een meter of honderd van ons verwijderd. In tegenstelling tot eerder was de walvis nu beter te zien, hoewel er nog steeds niet meer dan de kop te zien was. Verder nam Henry ons nog mee naar een natuurpark waar ze de lokale vogels proberen te beschermen. Hier kon je alleen komen onder begeleiding van een lokale gids. Helaas hebben we geen vogels gezien, aangezien het broedseizoen begonnen is. Toch was het mede door de uitleg van Henry een interessante wandeling. Rond een uur of vijf werden we naar het vliegveld gebracht voor onze vlucht naar Aitutaki. Het vliegtuig waar we in zaten was een stuk kleiner dan ik gewend ben en had dan ook maar plaats voor 28 personen. Omdat de vlucht slechts 40 minuten duurde en we opnieuw stoelen bij de nooduitgang hadden was het een vrij comfortabele vlucht.

Op het vliegveld werden we opgewacht op de eigenaresse van de bungalow die we voor de komende drie nachten zouden huren. Eenmaal uitgestapt kregen we direct een bloemenketting omgehangen, waardoor je meteen een vakantiegevoel kreeg. Verder kwamen we er al snel achter dat alles er iets anders aan toe gaat dan wij gewend waren. Het gebouw waarin je zowel in als uit moet checken is niet groter dan een gemiddeld vrijstaand huis en de koffers worden gewoon nog met de hand in- en uit geladen. Van een bagageband hebben ze ook nog niet gehoord, ze rijden gewoon de kar met koffers naar buiten waarop je je eigen koffer maar moet pakken. Autogordels doen ze ook niet aan en uiteindelijk moest ik samen met de koffers in de laadbak zitten omdat er niet genoeg plaats was. Gelukkig was het niet al te ver rijden, want erg comfortabel was het niet. Na nog een klein hapje gegeten te hebben zat de avond er al weer op.

De volgende ochtend zou een verhuurbedrijf onze fietsen afleveren. Dit hadden we op maandagavond al via de eigenaresse van het complex geregeld. Halverwege de ochtend stonden er dan ook twee fietsen voor onze veranda te wachten. Het plan was om een rondje over het hoofdeiland van Aitutaki te maken. Aitutaki bestaat namelijk uit een groot eiland en een stuk of twintig kleinere eilanden. Eenmaal op de fiets kwamen we er achter dat fietsen op Aitutaki een stuk lastiger is dan op Rarotonga. Dit kwam vooral doordat de temperatuur wat hoger lag (boven de 30 ºC) en het iets minder vlak is. Ook stond er op de terugweg wat tegenwind, waardoor het soms lastig trappen was. Uiteindelijk hebben we toch minstens 25 kilometer per fiets afgelegd. Al gauw kwamen we er achter dat de dorpen nog kleiner zijn dan op Rarotonga. Het grootste dorpje bestond min of meer uit een haven en een kleine straat. Toen we hier een kleine tussenstop maakten hadden we niet eens door dat we in het dorp zaten totdat we de haven zagen. De terugweg zijn we door de heuvels gereden. Gelukkig hadden we mountainbikes, omdat de weg vol met beklimmingen en afdalingen zat. Verder is vooral het zuidelijke deel en de paden waar wij op fietsten onverhard. Ondertussen hebben we ook nog wat boodschappen gedaan in een van de drie ‘supermarkten’ op Aitutaki. Na bijna vier uur gefietst te hebben waren we weer terug bij onze bungalow.

Bij aankomst werden we meteen aangesproken door de eigenaresse. We hadden namelijk aangegeven dat we een lagoon cruise wilden maken en zij had aangeboden dat voor ons te regelen. De volgende ochtend zouden we om half tien opgehaald worden. Helaas kwam ik er achter dat ik niet genoeg geld in mijn portemonnee had. Omdat de dichtstbijzijnde pinautomaat zich aan de andere kant van het eiland bevond kon ik dus weer terug voor een extra 12 kilometer. Ik was dan ook totaal uitgeput toen ik terugkwam. Na een snelle duik in de zee voor onze bungalow zat de dag er dan ook echt op qua activiteiten.

De volgende dag moesten we dus vroeg opstaan om ons klaar te maken voor de cruise. Op Rarotonga was ons al verteld dat we absoluut een lagoon cruise moesten maken. Alle foto’s van Aitutaki met witte stranden en palmbomen komen namelijk van de eilanden die alleen per boot te bereiken zijn. De dag er voor hadden we dan ook al gemerkt dat de stranden van het hoofdeiland helemaal niet zo mooi zijn. Samen met ongeveer 15 anderen werden we met een busje opgehaald en naar een haven gebracht waar de boot op ons lag te wachten. Hier vertrokken we richting Honeymoon Island, het eerste van de twee eilanden die we zouden bezoeken. Voordat we daar kwamen stopten we eerst nog midden in de lagune. Hier zouden namelijk schildpadden zitten en met een beetje geluk zouden we er een paar kunnen zien. De schildpadden komen namelijk eens in de vier tot vijf uur boven water om adem te halen. Na een paar minuten wachten zagen we dan ook op ongeveer 100 meter de eerste schildpad. Ondanks de grote afstand kon je toch duidelijk de kop, een oranjeachtig schild en een van de poten zien. Helaas hadden we niet het geluk er een van dichtbij te zien, maar toch vond ik het heel mooi om te zien.

Eenmaal aangekomen op Honeymoon Island werd ons verteld dat we mochten kiezen tussen uitstappen op het eiland of om te gaan snorkelen. Omdat ik graag wilde snorkelen en we daarna toch nog ongeveer 20 minuten op het eiland zouden krijgen was deze keuze snel gemaakt. Vervolgens werden we ergens in de omgeving van het eiland afgezet. De boot zou iets verderop wachten totdat we genoeg gesnorkeld hadden. Het gebied waar we afgezet waren stond vooral bekend om zijn enorme ‘clams’. Het Nederlandse woord ken ik niet, maar het zijn van die grote schelpen die dichtklappen zodra er iets tussenkomt. Behalve dat ze op de zeebodem ongeveer 3 meter onder ons lagen werden we toch gewaarschuwd onze handen er niet tussen te steken. Als ze eenmaal dichtklappen is er geen enkele manier om ze open te krijgen totdat ze hun vangst verteerd hebben en tegen die tijd was je toch al verdronken. De grootste clams die ik gezien heb waren ongeveer 1 meter lang en een centimeter of 40 breed. Mocht je ze zelf willen zien, even op Google afbeeldingen “Clams Aitutaki” intypen.

Verder was er natuurlijk ook meer dan genoeg koraal te zien. De grote rotsen die op de bodem lagen waren volledig bedekt met allerlei soorten koraal in verschillende kleuren. Verder waren er natuurlijk ook meer dan genoeg vissen rond deze rotsen te vinden. Uiteindelijk was ik als laatste nog in het water, omringd door honderden vissen. Schuw waren ze ook niet, waarschijnlijk doordat ze dagelijks brood gevoerd werden door de boten.

Daarna stopten we nog even op Honeymoon Island waar ik nog wat mooie foto’s heb kunnen maken. Vervolgens was het tijd naar de andere kant van de lagune te varen (die 77 km2 groot is). Hier zouden we One Foot Island bezoeken. Vlak voor het eiland werden we op een zandbank afgezet. Hiervandaan konden we door het water richting het eiland lopen. Na een wandeling van twintig minuten stonden we voor het postkantoor van dit eiland. Ondanks dat er maar een huis op het eiland staat hebben ze hier dus toch een postkantoor. Dat dit een van de meest afgelegen postkantoren in de wereld is was dan ook niet heel erg verrassend. Het was ook mogelijk hier een stempel voor je paspoort te krijgen, maar uiteraard waren wij onze paspoorten vergeten. Verder zouden we ook lunchen op dit eiland. De lunch bestond uit een buffet vol met heerlijke lokale gerechten. Behalve de standaard papajasalade en bananen waren er ook twee soorten vis, kasava (een wortel die als een zoete aardappel smaakt), broodboom en nog een stuk of vijf andere gerechten.

Vervolgens mochten we opnieuw kiezen tussen snorkelen of op het eiland blijven. Samen met vier anderen besloot ik weer te gaan snorkelen. Ditmaal waren er minder clams en was het koraal niet zo mooi als de eerste keer. Wel waren er wel meer dan voldoende vissen, die op nog geen 10 centimeter van je gezicht voorbij zwommen. Verder was er hier nog een andere attractie. In de omgeving zwommen namelijk vijf ‘giant trevally’. Helaas heb ik er geen Nederlandse vertaling voor. Deze vissen zijn ruim een meter lang en wegen waarschijnlijk meer dan 100 kilo. De grootste, met de naam George, was de drie weken ervoor afwezig, maar wij hadden het geluk dat hij net vandaag weer terug was. Uiteraard gelokt met wat vis bleven de enorme vissen zowel rond ons als de boot zwemmen.

Uiteindelijk was het helaas weer tijd om de anderen op te halen en terug te varen richting de haven. Hier werden we weer per bus terug gebracht en was het tegen vijf uur voordat we terug waren. Het was absoluut geen leugen toen de mensen ons vertelde dat we dit moesten doen. Ik vond het veruit de leukste dag die we op de Cook Eilanden hebben gehad en het was de omgerekend €50 die we er voor betaald hebben meer dan waard. Behalve cruises bieden de meeste bedrijfjes ook watertaxi’s aan, waarbij je ’s ochtends wordt afgegooid op een eiland naar keuze en aan het einde van de middag weer opgehaald wordt. Mijn tip is dan ook om vooral zulke dingen te doen, mocht je ooit op Aitutaki terecht komen. De eilandjes zijn namelijk vele malen mooier dan het grote eiland.

Na nog een kleine duik in de lagune zat ook onze tweede van de drie dagen er weer op. We zouden rond 7 uur ’s avonds op donderdag vertrekken, dus hadden we nog een hele dag voor de boeg. De laatste dag besloot ik een keer de zonsopkomst te bekijken. Omdat we in het oosten van het eiland zaten was het niet mogelijk de zonsondergang te zien en tot dan toe had ik nog geen zonsopkomst gezien. De dag begon dus erg vroeg. Helaas was het die dag wat bewolkter, waardoor er dus niet veel te zien viel. Wel heb ik nog wat mooie foto’s kunnen maken toen de zon eenmaal boven de wolken uitkwam. Na een tijdje besloot ik nog een stukje over het strand te lopen voordat ik terug ging. Dit bleek achteraf een van de beste beslissingen van de vakantie te zijn. Na een paar minuten lopen zag ik namelijk vanuit mijn ooghoek iets enorms uit het water vliegen. Op nog geen vijftig meter afstand kwam op dat moment een walvis uit het water gesprongen om zich vervolgens op zijn rug of zij te laten vallen. De meesten zullen vast wel een keer een filmpje of een foto hiervan gezien hebben, zo niet google even “Whale breaching”. In het echt was het nog vele malen indrukwekkender, helemaal met de opkomende zon op de achtergrond. Ondanks dat het hele gebeuren binnen een paar seconden voorbij was, stond ik toch met open mond en kippenvel toe te kijken.

’s Middags hadden we nog twee kajaks gehuurd. Vanaf onze bungalow was het mogelijk om een paar kleinere eilandjes op ongeveer twee kilometer afstand te bereiken. Door de sterke wind en oncomfortabele zitting was het niet echt een pretje, maar uiteindelijk hebben we het toch gered. Na een uur op het eiland gezeten was het weer tijd om terug te keren en te beginnen met het inpakken van de koffers. Rond zes uur werden we richting het vliegveld gebracht voor de vlucht richting Rarotonga. Ook deze keer hadden we een comfortabele vlucht met stoelen bij de nooduitgang. Eenmaal aangekomen op Rarotonga moesten we wel nog zes uur wachten op de vlucht naar Auckland. Uiteindelijk hebben we het grootste deel van de tijd doorgebracht in een restaurantje tegenover het vliegveld. De terugreis verliep echter iets minder soepel als de voorgaande vluchten. We vlogen namelijk tegen de wind in, wat behalve voor 50 minuten extra reistijd (dit was al gepland) ook nog voor turbulentie zorgde. Dit in combinatie met te weinig slaap en eten zorgde er voor dat ik niet goed werd. Ik heb een deel van de vlucht dan ook doorgebracht met het vullen van papieren zakken. Ik was dan ook enorm opgelucht toen we rond half vijf ’s ochtends op zaterdag weer op Auckland stonden. Door het tijdsverschil van 22 uur tussen de Cook Eilanden en Nieuw-Zeeland heb ik vrijdag dus overgeslagen. Op het vliegveld moesten we nog anderhalf uur wachten op de bus naar Hamilton en uiteindelijk was ik rond tien uur weer op mijn kamer.

De rest van mijn zaterdag heb ik doorgebracht met het schrijven van dit verslag, het inhalen van slaap en skypen met Geldrop. Inmiddels is het al zondag en dus de laatste dag van mijn twee weken vakantie. Vanaf vanmiddag moet ik weer beginnen met wat huiswerk en begint het ‘gewone’ leven dus weer. Dit is dan ook het einde van opnieuw een erg lang verslag, het volgende verslag zal gewoon weer over twee weken verschijnen. Terugkijkend op de vakantie heb ik een geweldige tijd gehad. Mocht ik de kans krijgen dan zal ik zeker nog een terug willen gaan en ik kan iedereen die ooit in de buurt komt absoluut aanraden ook een bezoekje te brengen.

  • 08 September 2014 - 11:43

    Opa En Oma.:

    Hoi Kenneth.
    Wat een mooie reis heb je gemaakt, ik geloof goed dat je nog eens terug wilt.
    groetjes Opa en Oma.

  • 08 September 2014 - 11:50

    Annie:

    Wat een belevenis weer, fantastish, zoals je het ons schrijft kunnen we helemaal met je meegenieten. Het zal nuwel weer even tegen vallen maar jehebt nu alzoveel moois gezien en avonturen meegemaakt dat je er nu even tegenaan kunt lijkt me! Veel dank voor je mooie verslag en prachtige foto's groetjes t . Annie

Reageer op dit reisverslag

Je kunt nu ook Smileys gebruiken. Via de toolbar, toetsenbord of door eerst : te typen en dan een woord bijvoorbeeld :smiley

Verslag uit: Cook Eilanden, Rarotonga

Actief sinds 06 Juli 2014
Verslag gelezen: 392
Totaal aantal bezoekers 10521

Voorgaande reizen:

02 Juli 2014 - 18 December 2014

Uitwisseling NZ

Landen bezocht: